Het verloop van de procedure
- Klager heeft op 5 september 2023 bij de klachtencommissie een klaagschrift ingediend;
- De klacht betreft de beslissing tot het toepassen van verplichte zorg (medicatie) door een zorgverantwoordelijke van Emergis. Hierop is de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (verder Wvggz)van toepassing;
- Klager is patiënt van die zorgverantwoordelijke en kan daar over klagen en is ontvankelijk in haar klacht;
- Klager heeft ook gevraagd de dwangmedicatie te schorsen. Dat verzoek is op 5 september 2023 afgewezen. Die beslissing is dezelfde dag aan klager medegedeeld;
- Verweerder is in de gelegenheid gesteld om een verweerschrift in te dienen;
- Het verweerschrift is op 14 september 2023 ontvangen en verstrekt aan klager;
- De klacht is behandeld op 19 september 2023, waarbij klager, ondersteund door de pvp en verweerder in persoon aanwezig waren;
- De commissie heeft de beslissing op schrift gesteld op 19 september 2023.
Vaststaande feiten
1. Klager is in het verleden al een aantal keren behandeld door Emergis
voor psychiatrische klachten en zij is ook een aantal keren opgenomen. De gemeente Goes heeft op 28 augustus 2023 een crisismaatregel gelast, waardoor klager wederom in Emergis is opgenomen. Er is door de rechtbank een machtiging voortzetting van de crisismaatregel gegeven op 30 augustus 2023. Deze machtiging loopt tot en met 20 september 2023. In de de machtiging is opgenomen, dat verplichte zorg in de vorm van verplichte medicatie mogelijk is.
2. Op 4 september 2023 heeft verweerder besloten tot verlenen van verplichte zorg (art. 8:9 Wvggz) bestaande uit het toedienen van verplichte medicatie. Dit zal verder de Beslissing worden genoemd. Hierover heeft verweerder overlegd met de Geneesheer-directeur, omdat verweerder geen psychiater is.
In de Beslissing is opgenomen dat verplichte medicatie wordt toegediend in verband met het verslechterde beeld en omdat klager medicatie weigert. De medicatie betreft Olanzapine 10 mg.
De standpunten
1. Klager heeft een klacht ingediend over de Beslissing van verweerder tot het toedienen van verplichte medicatie en ook over verweerder haar acute acute noodmedicatie wil geven. Klager is het hier niet eens, omdat
– zij niet vindt dat zij zichzelf uitput, zij maakt zich alleen druk omdat zij zich zorgen maakt over de dwangbehandeling; en
– zij al vanaf haar dertiende zorg krijgt, waarbij zij antipsychotica heeft gekregen, dat haar geheugen kapot maakt.
2. Verweerder heeft in haar verweerschrift aangegeven, dat zij als zorgverantwoordelijke de Beslissing heeft afgegeven en dat er is voldaan aan de beginselen van proportionaliteit, subsidiariteit, effectiviteit en veiligheid.
Ten aanzien van proportionaliteit, omdat er door de psychische stoornis kans is op maatschappelijke teloorgang, verwaarlozing, uitputting en mogelijke oproeping van agressie van anderen over zichzelf. Dwangmedicatie is dan gepast.
Ten aanzien van subsidiariteit, omdat er geen minder bezwarende alternatieven zijn. Vrijwillige zorg is geprobeerd en medicatie wordt geweigerd. De toegepaste Olanzapine heeft geen gekende bijwerking van geheugenstoornis. Haldol is eenmalig ingezet als acute ingrijpmedicatie. Daar is nu van afgezien, omdat de bijwerking van spierverstijving bij klager optrad. De acute ingrijpmedicatie is nu gewijzigd in Lorazepam.
Ten aanzien van effectiviteit, omdat Olanzpine die normaliter toegepast wordt bij bipolaire stoornis.
Ten aanzien van veiligheid, omdat deze medicatie veilig is voor klager, in tegenstelling tot Haldol, en omdat het medicijn werkt, waardoor zij minder ontregeld raakt en daardoor ook de veiligheid van de omgeving er baat bij heeft.
3. Tijdens de hoorzitting heeft klager
4. Verweerder heeft tijdens de hoorzitting verklaard,
5. De pvp heeft tijdens de hoorzitting
6. Verweerder heeft gereageerd op het bovenstaande.
Overwegingen van de commissie
1. In de door de rechtbank afgegeven machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel is opgenomen, dat het vermoeden bestaat dat betrokkene (dus klager, aldus de klachtencommissie) lijdt aan een psychische stoornis, te weten bipolaire stemmingsstoornissen en dat zij is belast met een manisch ontregeld toestandsbeeld,.
Tevens is daarin overwogen, dat is gebleken van onmiddellijk ernstig dreigend nadeel, gelegen in levensgevaar, ernstige verwaarlozing, maatschappelijke teloorgang en de situatie dat betrokkene (dus klager) met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept.
Volgens de rechtbank bestaat het ernstige vermoeden, dat dit onmiddellijk dreigend ernstig nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit de genoemde psychische stoornis.
2. Uit de verslaglegging van Emergis volgt, dat klager binnen Emergis nog steeds verder ontregelde en manisch gedrag vertoonde. In de rapportage staat dat klager spullen kapot gooide , geagiteerd was, vijandig was en niet te sturen was. Volgens verweerder verslechterde het beeld en was toedienen van medicatie noodzakelijk. Dat heeft geleid tot de bestreden Beslissing.
Naar het oordeel van de klachtencommissie is het toedienen van medicatie een geëigende en geaccepteerde manier om de stoornis te behandelen. Daarbij moeten de beginselen van proportionaliteit, subsidiariteit, effectiviteit en veiligheid wel in acht worden genomen. Gelet op het door verweerder aangevoerde is daaraan voldaan. Daarbij wordt met name nog overwogen dat het gebruikte Olanzapine niet als gekende bijwerking geheugenverlies heeft. En bij het indienen van de klacht had klager het medicijn nog slechts éénmaal gebruikt. Daarmee is de stelling van klager dat antipsychotica vergeetachtig maken niet aannemelijk is voor wat betreft Olanzapine.
4. Het voorgaande leidt ertoe, dat verweerder kon overgaan tot het onder dwang toedienen van Olanzapine en dat de klacht ongegrond zal worden verklaard.
Beslissing
Verklaart de klacht ongegrond.
Aldus besloten en op schrift gesteld op 19 september 2023.
Namens de klachtencommissie,